Eikenprocessierups

In de maanden mei, juni en juli leeft de eikenprocessierups. Omdat de haartjes van deze rups gezondheidsklachten kunnen veroorzaken, bestrijden we dit ongedierte intensief.

Ieder jaar veroorzaakt  de eikenprocessierups veel overlast. Om deze reden bestrijdt de gemeente de eikenprocessierupsen. Hieronder leest u onder andere hoe u zelf overlast kunt melden, hoe de bestrijding gebeurt en wat u zelf kunt doen en waar u meer informatie kunt vinden.

Komt u eikenprocessierupsen tegen op eikenbomen of op andere plekken in de openbare ruimte? Geef het aan ons door via een online melding of telefonisch via 030 – 22 89 411.

Geef de locatie zo duidelijk mogelijk door, vermeld bijvoorbeeld het dichtstbijzijnde huisnummer. Dat maakt het makkelijker om de boom te vinden. Raak de rupsen of nesten niet aan als u ze tegenkomt. Ook de rupsrestanten en nesten uit vorige jaren niet. 'Oude' brandharen blijven meer dan acht jaar schadelijk.

Besmette bomen worden gemarkeerd met een stuk rood-wit lint met eikenprocessierups. Dit stuk lint prikken we op de boom. Deze bomen zijn al bekend bij de bestrijder waarmee de gemeente samenwerkt. We binden geen rood-witte linten meer om de bomen, omdat de rupsen daar onder kunnen kruipen.

De eikenprocessierups is de larve van een nachtvlinder die haar eitjes legt in de toppen van eikenbomen waar ze overwinteren. Eerst verblijven de jonge rupsjes hoog in de boom. Na een aantal vervellingen komen groepjes rupsen samen en vormen grote nesten op de stammen van eikenbomen. Deze nesten bestaan uit een dicht spinsel van draden, brandharen, vervellingshuidjes en uitwerpselen. Vanuit hun nesten gaan de rupsen ’s nachts in optocht (processie) op zoek naar voedsel.

De gemeente bestrijdt de overlast van de eikenprocessierups in de openbare ruimte. Particuliere grondeigenaren zijn verantwoordelijk voor de bestrijding van de overlast op eigen terrein en in eigen bomen. Particuliere grondeigenaren kunnen ervoor kiezen om zelf een bestrijder in te schakelen; dat kan niet via de gemeente.

We starten met de preventieve bestrijding vanaf half april. Eind mei/begin juni maken de rupsen hun nesten. Vanaf dan hebben de rupsen ook brandharen die voor overlast zorgen. Een bestrijdingsbedrijf waar we mee samenwerken zuigt de nesten weg. In de zomermaanden werken ze door afhankelijk van de overlast..

We bestrijden de overlast van de eikenprocessierups op een paar manieren: preventief met nematoden, wegzuigen van nesten en door het aantrekken van natuurlijke vijanden.

Nematoden

Bij het preventief bestrijden van de eikenprocessierups vernevelen we met een speciaal voertuig een natuurlijke vijand van de rups in de bomen: nematoden. Dit zijn hele kleine kleine aaltjes. Deze wijze van bestrijding is onschadelijk voor mens, plant en dier. De nevel hecht zich direct aan de boom en waait minder snel weg. Een voordeel van deze methode is, dat deze kan worden toegepast voordat de rups brandharen ontwikkelt.

De eiken en straten die wij preventief behandelen, hebben wij bewust gekozen. Niet alle eiken hoeven behandeld te worden. Locaties met schaduw en lagere temperaturen zijn bijvoorbeeld ongunstig voor de rups. Op deze manier zetten we onze arbeid en middelen zo goed mogelijk in. De bomen hebben wij geselecteerd aan de hand van de volgende criteria:

  • Er was vorig jaar (veel) overlast
  • Het gaat om een gevoelig soort eik
  • Het gaat om een drukbezochte locatie of fietsroute
  • Er is een school, kinderdagverblijf, zorginstelling of sportveld in de buurt.

Nesten wegzuigen

De rupsen maken eind mei/ begin juni hun nesten. In deze periode hebben de rupsen ook de brandharen die voor overlast zorgen. Een bestrijder waarmee de gemeente samenwerkt zuigt deze nesten weg. In de zomermaanden werken wij met 2 of 3 ploegen, afhankelijk van de plaagdruk. Nesten met een hoge prioritering worden eerder verwijderd dan nesten met een lage prioritering. Nesten worden hoog geprioriteerd indien:

  • Het gaat om een drukbezochte locatie of fietsroute
  • Er is een school, kinderdagverblijf, zorginstelling of sportveld in de buurt

Aantrekken natuurlijke vijanden

De gemeente zet in op het vergroten van de biodiversiteit en hierdoor ook het aantrekken van natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups, zoals mezen, gaasvliegen en andere insecten. Dit doet de gemeente door haar bermen ecologisch te beheren. Ook onderzoekt de gemeente welke gazons ecologisch beheerd kunnen worden.

U kunt meehelpen bij het voorkomen van de overlast door omstandigheden te scheppen voor natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. Bijvoorbeeld door nestkastjes op te hangen in de buurt van eikenbomen om meer vogels als koolmezen aan te trekken. Hoe meer koolmezen er zijn, hoe meer eikenprocessierupsen worden gegeten. Ook andere vogels eten de rupsen. Bij het plaatsen van een nestkastje is het van belang rekening te houden met:

  • Soort nestkast, voor welke vogel is het geschikt?
  • Opening van het nestkastje, plaats deze richting het noordoosten
  • Plaats het nestkastje niet in een eikenboom. De rupsen gaan dan in het nestkastje zitten
  • Plaats het nestkastje op een veilige plek, dus niet waar een kat bij kan of langs een drukke weg

Op de site van de vogelbescherming staan nuttige tips over het type nestkastje en het maken en plaatsen van nestkastjes.

U kunt ook heesters, bomen en bloemen planten die insecten aantrekken. Bepaalde insecten, zoals de gaasvlieg, zijn natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. Bovendien wordt de biodiversiteit hiermee versterkt. Een groene tuin verkleint ook nog de kans op wateroverlast en heeft een verkoelend effect.

Het venijn van de eikenprocessierups zit in de brandharen van de rups. Een volgroeide rups heeft er ongeveer 700.000. Deze haartjes zijn met het blote oog niet te zien. De pijlvormige brandharen met weerhaakjes dringen bij aanraking gemakkelijk in de huid, ogen en luchtwegen. Contact met brandharen kan binnen een paar uur klachten veroorzaken, zoals: (hevige) jeuk, bultjes, blaasjes, roodheid en ontsteking verschijnselen die lijken op een verkoudheid: een loopneus, kriebel in de keel, hoesten, moeilijk slikken en kortademigheid rode dikke ogen braken en duizeligheid.

Zelf klachten behandelen

Het is belangrijk om te voorkomen dat de brandharen zich verder over het lichaam verspreiden. Het is daarom goed om de huid direct na blootstelling met plakband te strippen. Daarna de huid en de ogen met lauw water afspoelen. De brandharen zijn niet gemakkelijk te verwijderen uit kleding. Het beste is om kleding die in aanraking zijn gekomen met brandharen heel grondig te wassen (liefst op 60ºC). Meestal verdwijnen de klachten binnen enkele dagen tot 2 weken vanzelf. Bij hevige jeuk kunnen middelen tegen de jeuk, zoals zalf op basis van menthol, verlichting geven. Zijn de klachten ernstiger, dan is het verstandig naar de huisarts te gaan.

Voorkomen

Gaat u naar een natuurgebied waar de eikenprocessierups voorkomt? Zorg voor goede bedekking van de hals, armen en benen en ga niet op de grond zitten. Probeer direct contact met rupsen, (oude) brandharen, spinselnesten en vervellingshuidjes zoveel mogelijk te vermijden. Maak kinderen attent op het gevaar van de eikenprocessierups. Vermijd wegen waar eikenbomen met veel eikenprocessierupsen staan. Ook oude nesten van vorig jaar bevatten veel brandharen, die kunnen verwaaien. Als u in uw eigen tuin te maken heeft met eikenbomen met eikenprocessierupsen, ga de rupsen dan niet zelf bestrijden. Huur een deskundig bedrijf in of vraag daarover advies bij uw gemeente.

Op de volgende locaties bestrijdt de gemeente niet:

  • Fietspad Prinsenlaan (Maartensdijk)
  • Oostveensepad (Maartensdijk)
  • Vuurschepad (Maartensdijk/ Hollandsche Rading)
  • Hoogkampsepad (Groenekan)
  • Ten noorden van de Nieuwe Weteringseweg en de carpoolstrook (Groenekan)

We bestrijden hier niet omdat de locatie niet van de gemeente De Bilt is.

Als gemeente zijn we er groot voorstander van om ongedierte op een duurzame en milieuvriendelijke manier te bestrijden. Deze werkwijze passen we daarom ook toe bij het bestrijden van de eikenprocessierups.

Op de website van de Voedsel en Waren Autoriteit, het landelijk Kennisplatform van het ministerie van LNV en op de website van de GGD vindt u alle informatie over de eikenprocessierups bij elkaar.

De gemeente De Bilt werkt samen met het bedrijf Donker Groen. Zij voeren voor ons de monitoring en bestrijding van de eikenprocessierups uit. Op de website van Donker Groen vindt u meer informatie over hun en hun werkwijze. 

Bij gezondheidsklachten raden wij u aan contact op te nemen met uw huisarts of GGD regio Utrecht via telefoonnummer 030 - 85 07 879 of per e-mail via mmk@ggdru.nl